De voorbereiding
De training
Hoenderloo
Het eerste trainingsweekend hebben we gehad in het voorjaar van 2003. Een tocht naar en over de Veluwe met als overnachtingplaats Hoenderloo (camping 't Schinkel). De heenreis zijn we zaterdags wat laat vertrokken vanuit Heino; het was na 11.00 uur. Te laat om echt kilometers te maken, maar ook het afscheid van de echtgenotes moest geoefend worden met koffie en gebak. Om kwart voor zes kwamen we aan in Hoenderloo. De tweede dag lekker vroeg om kwart over acht vertrokken vanuit Hoenderloo en met 110 kilometer in de benen waren we om half vijf terug in Almelo en Heino. Een prachtige tocht door het Overijssels en Gelders landschap dat zeer de moeite waard was. De volgende foto's geven een impressie.
Kevelaar
Het tweede weekend was enigszins heftiger. Op advies van onze schoonmoeder van 84 jaar werd eind augustus 2003 koers gezet richting Kevelaar. Eveneens een bedevaartsoord, wat we tijdens ons verblijf aldaar nog zouden merken. Via de Achterhoek gingen we bij Kalkar de Rijn over. Na 120 kilometer op de kop af reden we Kevelaar binnen. Eerlijk gezegd raakten we toch ook wel onder de indruk van de sfeer die daar heerste, de prachtige kerk en wat ons betreft ook het gezellige terras. Minder enthousiast waren we na de constatering dat er in heel Kevelaar niet één slaapplaats meer was. Alles zat vol. Diezelfde zaterdagavond zouden er duizend bedevaartgangers vanuit Bocholt in Kevelaar arriveren. We hadden weliswaar een tentje bij ons, maar om in Duitsland op redelijke afstand een camping te vinden, dat valt allerminst mee. Niet dus. Uiteindelijk slaagde we erin een 'zimmer frei' te vinden, waar we heerlijk geslapen hebben, wat overigens ook wel nodig was, want we zouden nog een flinke trip maken de volgende dag. De zondag vroeg vertrokken (kwart over acht) en via een wat westelijker route de terugreis opgepakt. Toen we om ongeveer in zes uur 's avonds in Heino arriveerden hadden we 140 kilometer op de teller, een zere knie en voldoende overbelasting op de spieren om de volgende dagen redelijk gehandicapt van de stoel te komen.
Elfstedentocht?
In het weekend van 20 en 21 maart stond de Elfstedentocht op het programma. Een rit van ongeveer 220 kilometer; een mooie gelegenheid om fiets met bepakking nog eens te testen. Toen het die vrijdag ervoor verschrikkelijk slecht weer was en de verwachtingen voor zaterdag en zondag eveneens bar slecht waren, besloten we het twee weken op te schorten. Achteraf gezien maar goed, want het was echt heel verschrikkelijk weer dat weekend.
Dus gingen wij 3 en 4 april van start. We spraken af om rond 10.00 uur in Ommen te verzamelen: Rinus vanuit Heino en Henk vanuit Almelo. De weersverwachtingen waren aanmerkelijk beter dan het weekend van 21 en 22 maart, maar desondanks zouden we nog wat geoefend worden in het fietsen met de kop flink in de wind en behoorlijke regenbuien. Maar ook dat moet je meemaken en we zullen straks op de echte tocht ook zeker nog wel met regen en wind worden geconfronteerd. In Ommen zijn we maar eens begonnen met een lekkere bak koffie met een flink stuk appelgebak met slagroom. Dat deed de mens goed en een klein half uurtje later fietsten we heerlijk met een windje in de rug richting Balkburg. Overigens hadden we eerder al besloten niet de elfstedentocht te fietsen, want dan zouden we eerst nog weer door iemand naar Friesland gebracht moeten worden en later misschien weer opgehaald moeten worden. Uiteindelijk ging het ons om kilometers in de benen te krijgen en of dat nou Friese of Drentse kilometers zijn, dan zal weinig uitmaken. Met Beerenburg schijnt dat anders te zijn.
Via Balkbrug en Echten naar Ruinen. Een bekend gebied waar Henk vroeger met zijn toen nog jonge gezin veel gekampeerd heeft en waar hij later met zijn jongens ook al vaker op de fiets was geweest. In Ruinen (in het zonnetje) nog een kop gekoffie genuttigd en de route vervolgd naar Dwingelo. Over het prachtige Dwingelerveld (Nationaal Park)verder naar Diever, Vledder en toen naar Steenwijk. Ondertussen was het genieten van de vele nieuw aanwinsten die het voorjaar al voortgebracht heeft in de vorm van lammetjes. Nou daar lopen er wat van bij al die buitenhuizen in dat gebied. Via Zuidveen kwamen we in Giethoorn waarvan we al bedacht hadden om daar maar eens een camping op te zoeken. Dut lukte, meteen in Giethoorn-noord (105 km). Ondertussen was het al flink gaan regenen wat minder plezierig was bij het opzetten van de tentjes. Het lukte uiteindelijk allemaal, waarna we Giethoorn-zuid maar eens opzochten, het echte Giethoorn met de uitgaansgelegenheden, want hadden ondertussen wel trek in een hapje. Uiteindelijk belandden we bij de Fanfare waar we kregen (tegen betaling) waarvoor we kwamen. Een goede warme hap met nog een drankje erbij ook.
Ondanks de regen en de wind hebben we die nacht nog redelijk geslapen, maar niet te lang. Om zeven uur zaten we al weer rechtop, in de regen de boel ingepakt en voor 9.00 uur weer op de fiets. Het was nu minder erg omdat we richting huis gingen, maar straks is het minder plezierig om de boel nat te hebben. Tja, en toen kwam het: wind tegen en flinke regenbuien en dan ga je in de richting van Zwartsluis en Hasselt. Nog geen benzinestation open, om even een warm bakkie koffie te drinken. Daarvoor kregen we pas de kans toen we Zwolle naderden en gelukkig dat Van der Valk ook in Zwolle zit. Na Zwolle de reis vervolgd naar Heino, waar Rinus weer lekker thuis was en Henk na een heerlijke bak warme soep verder is gegaan naar huis in Almelo. Uiteindelijk een goede 160 km gefietst; voldoende voor weer een leuk trainingstochtje.
Haarlem - Breda
Op vrijdag 9 april (Goede Vrijdag) hebben we de afstand Haarlem - Breda gefietst. Volgens de routebeschrijving ruim 120 km; volgens de teller 133 km. Het verschil wordt verklaard door hier en daar toch wat buiten de route gefietst te hebben. Het traject Haarlem - Breda is het eerste deel van de officiele St. Jacobs fietsroute. Een mooie afstand in het trainingsschema, maar wilden dit gedeelte ook gefietst hebben omdat we bij vertrek op 1 mei, vanaf Almelo richting Breda fietsen. Met andere woorden: de eerste stempel (Haarlem) is binnen.
Rond 09.00 uur meldden we ons bij het Jacobshuis in Haarlem. We werden er buitengewoon gastvrij ontvangen en wachtend op de komst van de man die ons het eerste stempel kon geven, werd de gastvrijheid vergezeld van een heerlijk kop koffie. Na de ceremonie van het stempelen (de man verrichtte deze handeling met buitengewone precisie opdat de andere stempels even zorgvuldig zouden worden geplaatst), een korte rondleiding o.a. via de kapel, stapten we rond 10.00 uur op de fiets. Een prachtige tocht onder mooie weersomstandigheden, die ons al snel door de bollenvelden leidde. Vanaf Haarlem ging het via Leiden richting Rotterdam. In zo'n stad als Rotterdam is het toch wat lastig om de route te blijven volgen. De bewegwijzering in de stad heeft niet dezelfde compleetheid als buiten de stad. Vandaar ook dat we hier wel wat meer kilometers gemaakt hebben. Van Rotterdam richting Dordrecht en vervolgens richting Breda, waar we rond 19.00 uur het NS station bereikten. Nogmaals een mooie rit en zoals dat heet "de kop is eraf".